ECLIPS
Het werk van Ria Verhaeghe berust op een herinnering
uit haar jeugd en heeft te maken met een zwembad.
De kleedkamer geldt als een wachtruimte alvorens ze in
het water springt. Alleen is ze altijd bang geweest om te springen, het lijkt
een onbeduidend feit, maar toch raakt het de kern van haar gedachtegoed. De
sprong ziet ze als kenmerkend voor de man, de vrouw ziet ze als dragend: het vervat zijn in een geheel, een attitude die (ver-)bindend
is. De sprong roept eerder de
ontsnapping op, eventueel de vlucht en onvermijdelijk ook de Icariaanse val.
Een ander aspect is haar genegenheid tot het
schaduwbeeld, spiegeling en reflectie, zodat de realiteit zich in een
onrechtstreekse complexiteit kenbaar maakt. Met de jaren verzamelde ze een
uitgebreid beeldarchief, delen hieruit verwerkt ze in een dubbele diaprojectie.
Het trefwoord is “move”, beweging of manipulatie. Kleine verschuivingen in woorden (en beelden)
leiden tot neologismen, nieuwe betekenissen, maar tegelijk ook misverstanden. Afhankelijk
van de positie van de kijker, krijgt die door de reflectie van het licht op de
tegelwand, andere informatie te lezen. Soms zal de informatie ons ontspringen,
soms zal die houden en wortel schieten, dat hangt af van onze geestelijke
bevruchtbaarheid.
Stef Van Bellingen, maart 2004.